Jacob Van Hencxthoven op 38-jarige leeftijd midden de XVIe eeuw |
Op 15 maart 1563 wordt hij wardijn van de munt en acht maanden later op 15 november stelde men hem als schout (schuldeiser) aan van Zandhoven. Hij laat zijn kruideniersbestaan voor wat het is en wordt aannemer van vestigingswerken. Jacob voert er in 1563 en 1564 werkzaamheden uit aan de bolwerken en vestingen van Philippeville en andere Waalse plaatsen. Vermoedelijk heeft hij gedurende deze jaren bij aankoop, Rogier van Tassis opgevolgd in de heerlijkheid Hemiksem.
Wanneer Alva zijn zinnen zet om hier een kasteel te bouwen, wordt Jacob de aannemer en provoost. Bovendien is hij raadgever van Zijne Majesteit en staat in voor de "vivers" (levensonderhoud) van de troepen. De door hem onteigende gronden worden opgekocht en dreigt er zelfs mee alles neer te schieten wie er in de weg staat. Zijn 2.000 delvers houdt hij in het gareel door bij de kasteelgrond een galg en een kaak (geselpaal) te installeren. Hij werd toen reeds bestempeld als een grote grondspeculant.
Als er in 1569 aan de vesting een nieuw gedeelte dient gebouwd te worden tussen het kasteel en het schermershuis, de zogeheten "nieuwe jonctie", koopt Jacob zelf de gronden op, op voorwaarde, dat de stad hem met de gronden van de oude vesting vergoed. Bij deze laatste overeenkomst draagt hij dit over aan de firma "Coenraet Schetz en Arnoldo Flemingo".
Als beschermer der letteren en kunst, zorgde hij voor drie beurzen voor de hogescholen. Dichter Jan Ysermans droeg een bundel met liederen getiteld "LAUS CUPIDINIS"(Willems) aan Jacob op.
Op 24 november 1572 overleed Jacob Van Hencxthoven. Zijn zoon richtte voor zijn vader een grafmonument op in de O.L.V. kerk. Zijn echtgenote overleed in 1599 in haar woning gelegen op de Vrijdagse Markt, het Hof van Spaengien op de Noordzijde.
Bij de opmaak van zijn inventaris na zijn overlijden, zaten er nogal wat kunstschatten bij. Men vermeldde volgende schilderijen: "olieverfschilderij op paneel "Het Oordeel", een tafereel van "Sint-Christoffel", een tafereel die "Ons Heer met Kruis" verbeeld, een schilderij van "Sint-Anna", een tafereel van "Adam en Eva", een tafereel van "Bethlehem", een schilderij van "Ons Heer, die met doornen wordt bekroond" en tal van andere schilderijen, Mariabeelden, zilveren kruis..."
Bronnen:
Minuten P.Fabri 1599-Notas Donel
Graf-en gedenkschriften O.L.V. kerk
Bulletin de la Propieté 1890 blz.4-Wijkboeken
Vrijdagse Markt en de daar vermelde schepenbrieven
Zondagsvriend 21-02-1932
Oud-Antwerpse Portrettengalerie van Floris Prims
Op de hoogte blijven? Abonneer je op mijn feed.
Noël De Mey
Geen opmerkingen:
Een reactie posten