woensdag 16 januari 2019

Ermenie Acoe 1885-1993, de 107-jarige van Sijsele

Ermenie Acoe
Collectie Leondyme
Acoe Ermenie, werd in het ouderlijk bed en als jongste in een gezin van vier kinderen op 14 november 1885 te Moerkerke geboren. Haar vader Pius, was werkzaam in de landbouw en vlasteelt. Amper 1 jaar oud, verloor ze haar vader en nog eens tien jaar later, overleed haar moeder, Clementia Marteyn link. Als weeskind werd zij in het landbouwersgezin Verleye uit Moerkerke opgenomen, terwijl de andere weeskinderen bij andere verschillende families werden ondergebracht..
Brugsch Handelsblad
25 oktober 1991

Op 3 juni 1908, trad zij in het huwelijk met Camillus Jonckeere (1872-1951), die de zoon was van Leopoldus Jonckeere en van Sophia Goeghebeur.

Zij, gingen wonen in de wijk "Leegstjes" in Moerkerke en bleven verder de boerenstiel uitoefenen. Als echtpaar bleven zij kinderloos. In 1936 hielden zij het voor bekeken en vestigden zij zich in de Visserstraat, waar ze nog wat groenten en konijnen kweekten.

Na het overlijden van haar man, kwam de broer van Ermenie bij haar inwonen, maar overleed er in 1961. Als bekend dorpsfiguur zag ze graag kinderen en mochten bij haar dikwijls op bezoek komen. Iedere morgen stond zij om 06u00 op, om melk te gaan halen en nadien naar de H. Mis te gaan.

Het Nieuwsblad
16 november 1990
Hoewel ze geen kinderen had, vereenzaamde zij niet. Sociaal ingesteld als zij was, was zij tevens medestichter van de plaatselijke boerinnenbond van Moerkerke en trouw lid van de bond der gepensioneerden.

Tot aan de leeftijd van 97 jaar, bleef Ermenie zelfstandig wonen tot  haar nichtje in februari 1982-die met regelmaat kwam schoonmaken-haar zwaar ziek aantrof. Toen zij hersteld was, nam zij haar intrek in het Sint-Jan rusthuis van Damme.

Brugsch Handelsblad
13 oktober 1992
In dit rusthuis, zou zij door de Damse OCMW-Raad achtmaal als honderdjarige gevierd worden. De toenmalige voorzitter van het Dams OCMW Eric Demeester link, verwoorde het als volgt: "Ermenie dacht nooit aan zichzelf, haar handen stonden nooit open om te krijgen, maar steeds om te geven".

Wanneer zij op 104-jarige leeftijd in 1989 haar heup brak werd zij in het Elisabethziekenhuis van Sijsele opgenomen en vreesde men eventjes voor haar, maar herstelde. Toch begon zij tekenen van zwakte te vertonen, waarbij haar geheugen het soms liet afweten.

Bidprentje Ermenie Acoe
Collectie Leondyme
Doch haar hart functioneerde nog goed. Erbij vermelden, dat zij graag zong en tientallen liedjes perfect kon zingen. Van haar liedjes werden er ooit een achttal opgenomen in het boek "Het Volkslied van West-Vlaanderen", geschreven door Koolkerkenaar Roger Hessel.

Ermenie, die halverwege de jaren zeventig nog voor een volle zaal 60-plussers in het Bouwdewijnpark van Brugge had gezongen, overleed er te Sijsele op 4 juli 1993 en werd 107 jaar, 7 maanden, 2 weken en 6 dagen oud. Zij, was destijds de vierde oudste vrouw van België.


Raadpleegbare bronnen:

Rijksarchief van Brugge link
Het Nieuwsblad van 16 november 1990
Het Volk van 18 november 1888, 6 juli 1993
Brugsch Handelsblad van 24 november 1989, 25 oktober 1991, 13 oktober 1992

107-jarigen

Informatie en eventuele aanvullingen over honderdjarigen vanuit gans België is steeds welkom. Mailen kan naar: noel.de.mey@telenet.be

Homepage

Maria Vansprengel 1882-1993, de 111-jarige van Kontich (zr. Alberta)

Foto van Zuster Alberta
op haar bidprentje
Vansprengel Maria (zuster Alberta), werd op 30 januari 1882 te Turnhout geboren. Toen ze vijf jaar oud was, overleed haar vader aan TBC en was nog geen 30 jaar oud.en. Haar moeder was genoodzaakt om met haar en jongere broer terug bij haar ouders in te trekken. Haar moeder trad een tiental jaar later opnieuw in het huwelijk.

Als jong kind vertoefde ze met haar zwakke gezondheid veel in het Altena-klooster, waar ze rust vond en terug op krachten kon komen. Daardoor kreeg ze meer en meer voeling en genegenheid voor de 'Zusters Dienstmaagden' van "Heilige Harten" van Kontich. Waarbij, zij stilletjes de wens uitte om tot deze Orde toe te treden. Als novice kwam zij in 1902 binnen en verbleef zij tot 1907 eerst in Antwerpen, waar de Orde daar ook een afdeling hadden. Daarna keerde Zuster Alberta voorgoed naar Kontich terug.
De wasserij Altena, waar zuster Alberta
bijna haar leven lang heeft doorgebracht
Blikreportage april-mei 1993

Ze kreeg er als taak om tijdens de werkuren toezicht te houden in de grote strijkruimte van hun wasserij. Daar werd met de grootste zorg de vele priestergewaden, linnen van het Koninklijk Hof en andere kostbare kledij optimaal bewerkt. Haar hard werken resulteerde uiteindelijk als leidinggevende van de Altenawasserij.

Blikreportage
april-mei 1993
Jurgen Ritzen
Foto's Luc Peeters
Buiten haar normale werkuren en vrije dagen stond Zuster Alberta niet alleen in gedurende de dag voor de zorgen van de weeskinderen maar ook tijdens de nacht.

Ook wanneer deze kinderen bezoekers over de vloer kregen, was het zij, die hen met alle vriendelijkheid ontving. Het Altena-klooster groeide er door de jaren heen uit tot een vermaard en gerespecteerd weeshuis, waarbij de hoofdbekommernissen toegespitst werden op de vele weesjes en ondergedoken Joodse meisjes tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Stadsnieuws Antwerpen 28 januari 1992
Rond de leeftijd van 90 jaar werd zij slechtziend met gevolg, dat Zuster Alberta tijdens de jaren die volgden, volledig blind werd. Ze was steeds fier als ze zag, dat zij er steeds piekfijn uitgedost was. Maar door haar blindheid kon ze niet meer in de spiegel kijken en werd op luisteren aangewezen.

Zuster Alberta 110 jaar oud
met medezuster Albertine
Paula Struyve 1899-2001
Collectie Leondyme
Bovenal hield zij van het leven! In een plaatselijk interview toen zij 105 jaar geworden was, verwoorde ze het volgende: "... Elke avond zeg ik aan O.L. Heer, dank U wel omdat ik weer een dag gekregen heb. Als Ge me deze nacht komt halen, is het goed Lieve Heer, maar als ik nog één dag bij krijg is het nog beter".
Gazet van Antwerpen van
1 februari 1993

Haar ultieme stille wens was, om ooit met wijlen Koning Boudewijn een ontmoeting gehad te hebben. Het gebruikelijke was, dat er steeds een bericht met geschenk toegestuurd werd van zodra iemand honderd jaar oud geworden was.

Wanneer Zuster Alberta 110 jaar oud geworden was, hoopte zij, dat de Vorst haar nog persoonlijk zou komen feliciteren, maar dit bleek jammer genoeg niet zo. Toch werd door de burgemeester Jef Van Linden (°1948) een speciaal geschenk van het koningspaar aan haar overhandigd, namelijk een mooie kristallen vaas van Val-St.-Lambert.

Frappant was ook, wanneer de dokter van de gemeente haar kwam feliciteren, zij hem niet kende, want zuster Alberta ze had hem nog nooit nodig gehad. Eenmaal zou zij een dokter nodig hebben en dit was in aanloop tot haar 111de verjaardag, toen zij door een longontsteking zwaar ziek werd, maar herstelde.

Artikel met referentie
foto Meyers
Wanneer Zuster Alberta 111 jaar oud geworden was, werd in het Altenaklooster een apart feest gehouden. Alleen burgemeester Jef Plasmans (°1944) en de voorzitter van de Raad van beheer van de Altenaschool Leo Vermeulen mochten de viering bijwonen. Van koningswege werd een brief overhandigd waarin zijn persoonlijke gelukwensen vermeld stonden met als geschenk een pot met azalea's. Ook van het Kontichs gemeentebestuur werd in naam van alle inwoners vele wensen en een mooie tuil bloemen overhandigd.

Bidprentje Maria Vansprengel
Collectie leondyme
Zuster Alberta, die als kind een zwakke gezondheid had, en waarbij de dokter de mening toegedaan was, dat zij geen lang leven zou hebben, kon natuurlijk niet weten, dat het kleine tengere meisje ooit de oudste inwoonster van België zou worden.

Maria Vansprengel, overleed er te Kontich op 22 april 1993 en werd 111 jaar, 2 maanden, 3 weken en 2 dagen oud. Daarmee was zij ook de oudste inwoonster van de Benelux.

Raadpleegbare bronnen:

Artikel uit Straal van 1992
Het Volk van 4 februari 1993
Weekblad Blik van 27 april - 3 mei 1993
Het Nieuwsblad van 2 februari  en 26 april 1993
Gazet van Antwerpen van 1 februari en 24 april 1993

111-jarigen

Informatie en eventuele aanvullingen over honderdjarigen vanuit gans België is steeds welkom. Mailen kan naar: noel.de.mey@telenet.be

Homepage




zondag 13 januari 2019

Sophie-Pelagie Bossaert 1822-1926, de 104-jarige van Deinze

Pelagie Bossaert
100 jaar oud
Collectie Leondyme
Sophie-Pelagie Bossaert, werd in het zelfstandig landbouwersgezin van Joannes-Baptista Bossaert (1788 Ieper -1876 Ieper) en Angelica Coleta Six (1792 Ieper - 1880 Ieper) op 10 november 1822 te Ieper geboren. Haar ouders die welstellende landbouwers waren, werden op latere leeftijd renteniers.

De Volksstem van
14 april 1926
Een geboorteakte van Pelagie is te Ieper niet terug te vinden. Dit omwille het feit, dat de stad Ieper tijdens de Eerste Wereldoorlog nagenoeg volledig plat werd gebombardeerd en alle burgerlijke archieven door de vlammen verwoest werden. Ook deze van haar oudere broer, die in 1821 op Sint-Jan werd geboren en overleden in 1906, zijn niet terug te vinden.

Pelagie, die in 1924 reeds 102 jaar oud geworden was en hardhorig, kon deze gruwelijke oorlogsfeiten nog goed herinneren: "... het was in augustus 1914, toen ze met haar babbelzieke meid woonachtig waren in de Meulenstraat nr. 22, gelegen in de oude stadskern. Hevige bombardementen zorgden ervoor, dat zij en haar meid dienden te vluchten. We keerden terug, maar in 1915, werd Ieper nog door veel feller oorlogstuig gebombardeerd, waarbij ze voorgoed via Poperinge naar Parijs vertrokken. Na de oorlog keerden ze naar het platgebombardeerd Ieper terug, om hun andere familieleden terug te zien, waarbij zij en haar meid hun intrek namen bij de zusters".

Op 19 oktober 1837, werd Pelagie in de congregatie te Ieper op de Sint-Jacobsparochie aanvaard en werd op 14 februari 1864 prefecte onder dezelfde congregatie. Deze steeds meer bloeiende congregatie vierden op 10 juni 1889 een feest, waarvan deze heugenis bewaard werd in de kapel van O.L.Vrouw Onbevlekt op het Sint-Jacobskerkhof te Ieper. De beroemde toenmalige geschiedschrijver en bestuurder van de congregatie Z.E.H. kanunnik Adolf Duclos (1841-1925), was getuige.

Ons Land van 9 oktober 1926
Collectie Leondyme
Sophie-Pelagie, stond er bekend om haar liefdadigheid, die onuitputtelijk was. Twee maanden eerder, had zij er haar stem nog uitgebracht bij de verkiezingen. Zij, was destijds de oudste inwoonster van Deinze en deed er zelf nog verschillende huishoudelijke taken, waarbij haar onafscheidelijke rozenkrans niet ontbrak.

Sophie-Pelagie, die sedert de Eerste Wereldoorlog bij de Eerwaarde Zusters Maricolen te Deinze verbleef, overleed er op Kerstdag 1926. Haar teraardebestelling geschiedde in de familiekelder te Ieper. Sophie-Pelagie, werd 104 jaar, 1 maand, 2 weken en 1 dag oud.LinkLink




Raadpleegbare bronnen:

Ons Land van 9 oktober 1926
De Volksstem van 29 oktober 1926
Het Ypersche van 1 januari 1927
De Poperinghenaar van 2 januari 1927
Westvlaamse Eeuwelingen 1189-1948 van A. Verbouwe, pag. 58

Informatie en eventuele aanvullingen over honderdjarigen vanuit gans België is steeds welkom. Mailen kan naar: noel.de.mey@telenet.be

Homepage