woensdag 4 december 2013

Lazarus Marcquis 1574-1647

Lazarus Marcquis
Lazarus Marcquis, die de zoon van een Waalse handelsman was, was er te Antwerpen gevestigd. Toen hij studeerde bij de Jezuïeten, leerde hij er Pieter Paul Rubens kennen, werd er bevriend mee en werd zijn latere lijfarts.

Te Padua werd Lazarus in 1599 tot doctor in de geneeskunde uitgeroepen. Hij, keerde naar Antwerpen terug en werd er als beëdigd stadsgeneesheer verkozen. Hij, trad in het huwelijk met de dochter van een collega, Maria Van den Broeck. Zij bracht dertien kinderen ter wereld. De meeste van zijn kinderen werden zelf geneesheer of huwden ermee.

In 1606 werd hij chirurgijn van het Ste-Elisabethziekenhuis. Zelf was Lazarus woonachtig vanaf 1605 in de Lange Nieuwstraat en bleef er wonen tot aan zijn overlijden. Ook kreeg hij er meermaals het bezoek, van zijn vriend Pieter Paul Rubens.

Marcquis was de bezieler in 1610 van een quasi-officiële "Maatschappij voor Geneeskunde", die aanleiding gaf tot de oprichting van het beroemde "Collegium Medicum" in 1620. Niet lang daarna brak te Antwerpen de pest uit. Op verzoek van het stadsbestuur schreef Marcquis een pestboek, dat als één der beste toen werd bestempeld en omdat hij er in de derde uitgave een "volcomen tractaet" van gemaakt had. Samen met geneesheer Spinosa, stond hij in 1640 zijn goede vriend Pieter Paul Rubens bij, tijdens zijn laatste ziektebeeld.

De stad Antwerpen heeft van Lazarus enkele rekwesten bewaard, dien het bewijs leveren, hoe hij zich aan zijn taak heeft gewijd en hoe hij er daarvoor amper voor beloond werd. Nooit kon men hem betrappen van enige hoogmoed en legde zich als mens toe op de wetenschap en naastenliefde.

Wanneer Lazarus op 26 december 1647 overleed, werd hij door geheel de stad Antwerpen betreurd. Als eerbetoon werd een gedenksteen in de St.-Pauluskerk geplaatst, waar hij ook begraven werd. Ook in de kapel van het Ste-Elisabethgasthuis herinnert een glasraam aan de man, die er  als geneesheer heel wat hulp had verricht. In het stadhuis kan men zijn wapen terugvinden.

Het was Antoon Van Dijck, die het portret van Lazarus Marcquis schilderde omstreeks 1630. Het bevind zich immers te Leningrad. Er werd naar aanleiding van dit schilderij een kopergravure gemaakt door S. Barras waarvan hier de reproductie wordt afgebeeld, die door Dhr. L. Truyens werd uitgeleend.

Bronnen:
De biografie van Lazarus Marcquis werd door Dr. C. Broeckx en door Alph. Goovaerts opgemaakt in de "Biografie Nationale".
Oud-Antwerpse Portrettengalerie van Floris Prims
Zondagsvriend: 06-03-1932

Op de hoogte blijven?  Abonneer je op mijn feed.
Noël De Mey

Niklaas Leopold van Salm-Salm 1701-1770

Niklaas Leopold van Salm-Salm
Niklaas Leopold van Salm-Salm
1701-1770
Niklaas Leopold van Salm-Salm, werd op 25 januari 1701 te Nancy geboren. Na het overlijden van zijn vader in 1707 te Antwerpen, verwierf hij een Rijnlandschap en na het overlijden van zijn moeder Maria Gabrielle de Lalaing in 1709 verwierf hij de Hoogstraatse heerlijkheden.

Studeren deed Niklaas te Praag, Antwerpen, Brussel en Wenen. Hij, trad in het leger in 1717 en nam aan de veldtocht deel van prins Eugène de Savoie tegen Belgrado en de Turken.

In 1719 trad hij te Anhalt in het huwelijk met prinses Dorothea van Salm (1702-1751), die een erfdochter was van een andere tak der Rijngraven. Hun huwelijk werd bezegeld met achttien kinderen. Goed om te weten was, dat prins Maximiliaan de tweede Hertog van Hoogstraten, te Antwerpen overleed in 1773 en prins Willem, bisschop van Doornik werd en in de waardigheid als aartsbisschop van Praag in 1813 overleed.

Niklaas Leopold neemt aan alle Oostenrijkse oorlogen deel. Te Antwerpen merkt men herhaaldelijk in zijn garnizoen op. In 1740 verkrijgt hij de verheffing van zijn graafschap van Hoogstraten tot hertogelijke titel. Vermeldenswaardig is zijn overwinning te Dettingen in 1743 op de Franse Maarschalk de Noailles.

In februari 1744 wordt Niklaas als gouverneur van het Antwerpse kasteel en bijhorende afhankelijke forten benoemd. Deze functie zal hij blijven uitoefenen tot aan zijn overlijden in 1770. Weinigen waren er zolang gouverneur. Als gouverneur had hij zijn hof nabij de St.-Andrieskerk, waar in 1880 de huidige Salm-Salmstraat werd doorgetrokken.

Tijdens zijn ambtsperiode als gouverneur maakte hij ettelijke krijgstochten en veldslagen mee en kwam er nadien tot rust in Hoogstraten. Na het overlijden van zijn vrouw, trad hij in 1753 opnieuw in het huwelijk met de zuster van zijn eerste echtgenote.

In Hoogstraten leeft zijn herinnering voort. Zo kan men zijn praalgraf aanschouwen in de kerk. Ook in het stadhuis vind men zijn schilderij terug. Te Hoogstraten, Wortel, Merksplas en te Brecht legde hij er hertogische hoeven aan en te Rijkevorsel legde hij het jachtgoed van Hees aan.

Het is dankzij de E.H. Lauwerys, dat een studie in 1930 over de Antwerpse kasteelvoogd  Niklaas Leopold wijdde in "Oudheid en Kunst".  Zijn portret, die hier word weergegeven en in het stadhuis hangt werd ooit door M.B. Janssens uit Lier eervol gerestaureerd.

Bronnen:
Zondagsvriend 28-02-1932
Oud-Antwerpse Portrettengalerie van Floris Prims

Op de hoogte blijven?  Abonneer je op mijn feed.
Noël De Mey

zondag 1 december 2013

Jacob Van Hencxthoven

Jacob Van Hencxthoven
Jacob Van Hencxthoven op
38-jarige leeftijd midden de XVIe eeuw
Jacob, werd als zoon van Willem en Clementine Cnobbaerts in het begin van de XVIe eeuw geboren. Op 19 januari 1541 trad  hij in het huwelijk met Clara van Langendonck. Bronnen melden, dat hij in 1543 een invloedrijk handelaar "cruydenier" van specerijen en er woonachtig was op de nieuwe Vrijdagse Markt in 1548. Vervolgens bouwt Jacob er een mooie hof in de Sint-Jorisparochie ter Beke en koopt er tussen de jaren 1556-1561 steeds meer gronden op.

Op 15 maart 1563 wordt hij wardijn van de munt en acht maanden later op 15 november stelde men hem als schout (schuldeiser) aan van Zandhoven. Hij laat zijn kruideniersbestaan voor wat het is en wordt aannemer van vestigingswerken. Jacob voert er in 1563 en 1564 werkzaamheden uit aan de bolwerken en vestingen van Philippeville en andere Waalse plaatsen. Vermoedelijk heeft hij gedurende deze jaren bij aankoop, Rogier van Tassis opgevolgd in de heerlijkheid Hemiksem.

Wanneer Alva zijn zinnen zet om hier een kasteel te bouwen, wordt Jacob de aannemer en provoost. Bovendien is hij raadgever van Zijne Majesteit en staat in voor de "vivers" (levensonderhoud) van de troepen. De door hem onteigende gronden worden opgekocht en dreigt er zelfs mee alles neer te schieten wie er in de weg staat. Zijn 2.000 delvers houdt hij in het gareel door bij de kasteelgrond een galg en een kaak (geselpaal) te installeren. Hij werd toen reeds bestempeld als een grote grondspeculant.

Als er in 1569 aan de vesting een nieuw gedeelte dient gebouwd te worden tussen het kasteel en het schermershuis, de zogeheten "nieuwe jonctie", koopt Jacob zelf de gronden op, op voorwaarde, dat de stad hem met de gronden van de oude vesting vergoed. Bij deze laatste overeenkomst draagt hij dit over aan de firma "Coenraet Schetz en Arnoldo Flemingo".

Als beschermer der letteren en kunst, zorgde hij voor drie beurzen voor de hogescholen. Dichter Jan Ysermans droeg een bundel met liederen getiteld "LAUS CUPIDINIS"(Willems) aan Jacob op.

Op 24 november 1572 overleed Jacob Van Hencxthoven. Zijn zoon richtte voor zijn vader een grafmonument op in de O.L.V. kerk. Zijn echtgenote overleed in 1599 in haar woning gelegen op de Vrijdagse Markt, het Hof van Spaengien op de Noordzijde.

Bij de opmaak van zijn inventaris na zijn overlijden, zaten er nogal wat kunstschatten bij. Men vermeldde volgende schilderijen: "olieverfschilderij op paneel "Het Oordeel", een tafereel van "Sint-Christoffel", een tafereel die "Ons Heer met Kruis" verbeeld, een schilderij van "Sint-Anna", een tafereel van "Adam en Eva", een tafereel van "Bethlehem", een schilderij van "Ons Heer, die met doornen wordt bekroond" en tal van andere schilderijen, Mariabeelden, zilveren kruis..."

Bronnen:
Minuten P.Fabri 1599-Notas Donel
Graf-en gedenkschriften O.L.V. kerk
Bulletin de la Propieté 1890 blz.4-Wijkboeken
Vrijdagse Markt en de daar vermelde schepenbrieven
Zondagsvriend 21-02-1932
Oud-Antwerpse Portrettengalerie van Floris Prims

Op de hoogte blijven?  Abonneer je op mijn feed.
Noël De Mey